De Psalmen zijn voor veel mensen een geliefd deel van de Bijbel. Het wordt een geestelijke medicijnkast genoemd, met een middel voor elke geestelijke kwaal. De Psalmen staan boordevol ervaringen (bevinding) van gelovigen. We kijken in het hart van mensen die (meestal) dicht bij God leefden. Ze gingen over bergen, maar ook door dalen. Ze schreeuwen het soms uit van wanhoop, pijn en teleurstelling. Maar door het geloof en de hoop wordt er ook veel gejuicht, gelachen en gedankt. In welke situatie van het leven we ook zitten, we zijn nooit de eersten! De Psalmen leggen ons vaak de juiste woorden in de mond om onze diepste gedachten te vertolken en te uiten.
Het zijn ook de Psalmen die van Jezus getuigen. Psalm 22 is een bekend voorbeeld, maar ook Psalm 69 wordt veel geciteerd in het Nieuwe Testament. Dit zijn allebei Psalmen die vervuld worden in het lijden en sterven van Jezus. Psalm 110 is ook een echte messiaanse Psalm. Hier wordt geprofeteerd over Jezus Die zowel Priester als Koning is. Deze Psalm werd onder andere vervuld bij de hemelvaart van Jezus. Om nog één voorbeeld te noemen: Jezus stond op uit de dood. Dat was een vervulling van Psalm 16.
De Psalmen zijn opgedeeld in vijf boeken. Deze eindigen allemaal met een soortgelijke oproep om de HEERE te loven: ‘Geloofd zij de HEERE, de God van Israël, van eeuwigheid tot eeuwigheid! Amen, ja, amen.’ (Psalm 41:14; 71:19; 89:53; 106:48 en 150:6). Wie de Psalmen zo heeft ingedeeld en wat de logica ervan is, is moeilijk te zeggen. Sommigen menen dat de vijf boeken een antwoord zijn op de vijf boeken van Mozes (de Thora of Pentateuch). In boek I (Psalm 1-41) zijn alle Psalmen geschreven door David, behalve de eerste twee Psalmen, die waarschijnlijk bedoeld zijn als introductie op het hele Psalmboek.
De Psalmen vallen onder het genre ‘poëzie’. In het Nederlands is men dol op rijm, in het Hebreeuws wat minder. Kenmerkend voor de Hebreeuwse poëzie is het gebruik van parallellisme. De zin wordt herhaald door hetzelfde (of iets wat er mee te maken heeft) net iets anders te zeggen. Hier zijn verschillende vormen van:
- Herhalend parallellisme: hetzelfde wordt gezegd
- Ontwikkelend parallellisme: de vorige zin wordt verder uitgebouwd
- Contrasterend parallellisme: het tegenovergestelde van (een deel) van de vorige wordt gezegd
Daarnaast wordt er in de Hebreeuwse poëzie veel gebruik gemaakt van beeldspraak. Het meest gebruikt zijn vergelijkingen (a = als b) en metaforen (een vergelijking waarin het woordje ‘als’ niet voorkomt). Hiernaast gebruikt men graag personificaties (men schrijft menselijke activiteiten toe aan een ‘ding’), antropomorfismen (men schrijft menselijke eigenschappen toe aan een ‘ding’) en retorische vragen (vanzelfsprekend antwoord wat tot een bepaald inzicht moet leiden). Ook speelt men met beginletters (acrostichon, waarin elk vers begint met een volgend letter uit het alfabet) en betekenis van woorden. Wie zich hierin verdiept ontdekt de schone kunst en creativiteit van de dichters, die geïnspireerd werden door de Heilige Geest.
Veel Psalmen zijn geschreven (of worden toegeschreven aan) David. Daarnaast zijn er veel psalmen die ontstaan zijn in de context van de tempeldienst. Deze Psalmen werden geschreven voor (of worden toegeschreven aan)koorleiders. In deze koren zongen de Levieten. Asaf is een voorbeeld van zo’n koorleider, evenals de zonen van Korach. Psalm 90 is geschreven door Mozes en is dus mogelijk één van de oudste Psalmen.